Georgenkirche

(Eisenach, Duitsland)

Aan de Markt van Eisenach staat de parochiekerk St. Georg. De eerste keer dat er sprake is van de kerk is in een oorkonde uit 1186. De tegenwoordige grondvorm is een gotische hallenkerk, die vanaf 1515 op de plek van het oorspronkelijke gebouw werd opgericht. Aan het einde van de 16e eeuw en opnieuw in de 17e en 18e eeuw hebben verbouwingen plaatsgevonden, waardoor tegenwoordig een mengelmoes aan stijlen zichtbaar is. De rijkversierde kansel ontstond in 1676, het barokorgel stamt uit 1719, en de neobarokke toren werd in de periode 1899-1902 aan de daarvoor torenloze kerk toegevoegd. Het klokkenhuis uit 1585 werd in de jaren zeventig van de 20e eeuw verbouwd en is sindsdien een woonhuis. Vanaf de laatste grote restauratie in 1978 toont de kerk weer de historisch gegroeide veelvoud aan kleuren en vormen.


Al eeuwenlang geldt de St. Georg als de belangrijkste kerk van Eisenach. Na de verkiezing van Wartburg als residentie van de Thüringse landgraven werden de grafstenen van de voorvaderen van die graven uit het voormalig klooster van Reinhardsbrunn overgebracht naar de Georgenkirche en in het koor ingebed. In 1221 huwden landgraaf Ludwig IV en de Hongaarse koningsdochter Elisabeth von Thüringen hier.


Na de eerste publicaties van zijn ideeën in Worms preekte Luther op 2 mei 1521 voor het eerst in de kerk hoewel hij toen al in de rijksban was en op de vlucht was voor zijn vervolgers. De St. Georg is één van de oudste protestantse kerken van Duitsland.


De familie Bach had ook nauwe contacten met deze kerk. Hier werd Johann Sebastian Bach in 1685 gedoopt.