Maurice Ravel (componist)

(07 maart 1875 - 28 december 1937)

Ravel was met Debussy de grootste Franse componist van zijn tijd. En net als Debussy raakte Ravel als tiener onder de indruk van de Javaanse gamelan-muziek die hij leerde kennen op de wereldtentoonstelling van 1889 in Parijs.

Maar Ravel beperkte zich in zijn voorliefde voor exotische klanken niet tot de gamelan. Alles wat anders was dan de Franse, klassieke muziek waarmee hij was opgegroeid, kon rekenen op Ravels interesse: Spaanse muziek (L'heure espagnole en Rapsodie espagnole), Russische muziek (liederencyclus Shehérazade), jazz (de pianoconcerten), de wereld van het kind (L'enfant et les sortilèges).

Ondanks zijn hang naar het exotisme schreef Ravel altijd met een groot gevoel voor het klassieke in vorm, metrum en proportie. Zo schreef hij in principe tonale muziek maar voegde daar vaak septimen, nonen en undecimen aan toe. Zeker na de Eerste Wereldoorlog werden zijn harmonieën dissonanter en soberder.

In zijn ritmiek hanteerde Ravel strenge regels. Er is wel gesuggereerd dat de hang naar ritmische perfectie is ingegeven door zijn vader, een Zwitserse horlogemaker. Tempovrijheden tolereerde Ravel niet: musici moesten hun persoonlijkheid tonen binnen de partituur en niet daarbuiten. Een sterk voorbeeld van de strenge ritmiek is de Boléro (1928) waarin een ritmisch motief vrijwel het gehele stuk herhaald wordt, met een steeds massiever wordende instrumentatie.

Ravel was geen man van de lange adem. Zijn langste werk duurt ca 55 minuten (het ballet Daphnis et Chloé). Zijn twee opera's zijn beide eenakters. Daarnaast schreef hij zo'n tien orkestwerken, kamermuziek waaronder één strijkkwartet, koorwerken en liederen.

Ravel leefde voor de muziek. Al tijdens zijn leven was iedereen overtuigd van zijn grootsheid, al was hij minder revolutionair dan Debussy en leidde hij een verder onopvallend bestaan. Stravinsky noemde Debussy dan ook "mijn vader" en Ravel "mijn oom".

Maurice Ravel, 1912
Te zien of te horen tijdens de komende reizen: