Componist: Giuseppe Verdi
Librettist:
Francesco Maria Piave
Première: 16-11-1850 te Trieste
Eerste akte
Dominee Stiffelio vertelt op het kasteel van graaf Stancar hoe hij een portefeuille toevertrouwd heeft gekregen van een man die na na een amoureus avontuur uit het raam was gesprongen. Stiffelio bedekt het voorval met de mantel der liefde en vernietigt de portefeuille. Hij weet dan nog niet dat dit voorval het overspel van zijn vrouw kan bewijzen. Stancar krijgt echter argwaan als hij ziet dat Raffaele een bericht achterlaat voor Lina, Stancars dochter.
Tweede akte
Lina zoekt troost bij het graf van haar moeder. Raffaele verklaart Lina zijn liefde voor haar, maar Lina wijst hem af. Stancar treft het stel op het kerkhof aan en daagt Raffaele uit voor een duel. Stiffelio probeert de gemoederen te kalmeren tot hij door krijgt wat er precies gaande is.
Derde akte
Lina vraagt haar man bij hem te mogen biechten nu hij niet meer als man naar haar wil luisteren. Zij verklaart dat zij zich in een moment van zwakte heeft laten verleiden door Raffaelo maar dat zij nog altijd van Stiffelio houdt. Onderwijl doodt Stancar die de situatie verkeerd beoordeelt, de meeluisterende Raffaelo.
In de kerk slaat Stiffelio op goed geluk de Bijbel open. Voor hem ligt het verhaal over de overspelige vrouw. Nog tijdens de preek vergeeft Stiffelio zijn vrouw.
In april 1850 sloot Verdi een contract met zijn uitgever Ricordi voor een nieuwe opera. Librettist was wederom Piave, die zelf met een voorstel kwam. Piave wilde een bewerking maken van Le pasteur, een Frans toneelstuk dat pas een jaar eerder zijn première had beleefd.
Het was een gewaagd plan: het stuk bevatte geen melodramatisch plot zoals bij de werken van Byron en Hugo. Realistische onderwerpen waren nog ongewoon in de Italiaanse opera halverwege de 19e eeuw. Bovendien leek het religieuze aspect van het verhaal om problemen met de censuur te vragen.
Stiffelio werd redelijk ontvangen maar de voortdurende problemen met de censuur zorgden ervoor dat er van een grote doorbraak geen sprake was. Om zijn muziek te 'redden', trok Verdi de opera terug en herbruikte grote delen ervan in de minder gevoelige opera Aroldo.