Christoph Willibald Gluck (componist)

(02 juli 1714 - 15 november 1787)

Christoph Willibald Gluck blijkt al op jonge leeftijd veel interesse in muziek te hebben. Hij speelt viool en piano en zingt. In 1732 ging Gluck naar Praag, waar hij aanvankelijk als organist aan de kost kwam. Als violist trad hij vervolgens in dienst van verschillende adellijke heren, eerst in Praag en daarna in Wenen.

Als musicus aan het Weense hof van Prins Lobkowitz maakte Gluck kennis met de Oostenrijkse componist Fux en de Italianen Caldara en Conti. Enige jaren later leerde hij ook Sammartini kennen. Onder invloed van deze componisten legde Gluck zich toe op de Italiaanse opera. In 1741 kwam zijn eerste opera in Milaan op de planken: Artaserse, op een libretto van Metastasio. Het werk was succesvol en er volgden opdrachten uit verschillende steden in Italië.

In de jaren hierna reisde Gluck veel door Europa. Hij kreeg opdrachten voor het schrijven van opera's voor theaters in Dresden, Kopenhagen, München, Londen en Wenen. In deze laatste stad vestigde hij zich uiteindelijk in 1752. Hij trouwde met Maria Anna Bergin, dochter van een rijke Weense koopman. Gluck richtte zich steeds meer op het schrijven van balletmuziek en opera's. Met de librettist Ranieri de' Calzabigi kwam het tot een vruchtbare samenwerking tussen componist en librettist. Het eerste resultaat is de opera Orfeo ed Euridice, die een groot succes werd. Hierin brak hij met de heersende operaconventies en luidde daarmee een nieuwe fase in de operageschiedenis in.
Er volgden nog twee opera's van het duo: Alceste (1767) en Paride ed Elena (1770). Het zijn werken die naar vorm, geest, inhoud en bedoeling classicistisch zijn in de zuiverste betekenis van het woord: de Griekse tragedie dient als toonaangevend voorbeeld. Orfeo ed Euridice is de eerste stap in die richting.

Gluck kreeg meer interesse in de Franse opera en bestudeerde de werken van Lully en Rameau. In 1773 vertrok hij naar Parijs om de repetities voor Iphigénie en Aulide te leiden. De première een jaar later was een doorslaand succes. Helaas mocht het werk als gevolg van het overlijden van Lodewijk XV en de daaraan verbonden rouwperiode niet verder uitgevoerd worden. Gluck maakte van de gelegenheid gebruik om zijn Italiaanse Orfeo ed Euridice om te werken tot het Franse Orphée et Eurydice. De première in Parijs was zo mogelijk een nog groter succes dan zijn eerdere Franse opera.

Toen Gluck terugging naar Wenen bleef hij opera's schrijven voor Parijs. Zijn goede verstandhouding met de Académie Royale verslechterde toen de Italiaan Piccinni gevraagd werd om op hetzelfde libretto als Gluck een opera te schrijven. De jaren die volgden werden gekenmerkt door een strijd tussen beide componisten en hun aanhangers, de Gluckisten en Piccinnisten. In 1779, tijdens repetities in Parijs, kreeg Gluck een beroerte. Hij keerde terug naar Wenen, waar hij in 1787 overleed.

Marilyn Horne zingt 'Divinites du Styx' uit Alceste