Wolfgang Amadeus Mozart (componist)

(27 januari 1756 - 05 december 1791)

Wolfgang Amadeus Mozart werd op 27 januari 1756 in Salzburg geboren. Zijn vader, Leopold Mozart, was componist, violist en kapelmeester van het aartsbisschoppelijk orkest te Salzburg. Hij hield de muzikale opleiding van Wolfgang en zijn zusje Nannerl stevig in de hand en presenteerde ze regelmatig als wonderkinderen. De muzikale carrière van de begaafde Mozart begint al op zeer jonge leeftijd. Als kleuter leerde hij reeds piano spelen en als zesjarige moest hij zijn "kunstjes" gaan opvoeren in de salons van de Europese adel in steden als Wenen, Parijs, Londen, Den Haag en München.
Op zijn eerste rondreis door Europa ontmoet hij de belangrijkste vorsten en de grootste muzikale talenten van zijn tijd.

Op zijn tiende schreef Mozart al zijn eerste symfonieën en sonates en in 1768 volgde het eerste zangspel, Bastien und Bastienne. Hij werd violist-concertmeester in het orkest van zijn vader aan het aartsbisschoppelijke hof. Daarnaast bleven ze reizen maken en bezochten ze onder andere Rome en Parijs. Na conflicten met de nieuwe aartsbisschop nam Mozart ontslag. Hij vestigde zich als "vrij kunstenaar" in Wenen.

In 1782 had hij succes met de opvoering van Die Entführung aus dem Serail in het Weense Burgtheater. Later dat jaar trad hij tegen de wil van zijn vader in het huwelijk met Constanze Weber. Ze zouden zes kinderen krijgen, waarvan er maar twee in leven bleven. In de jaren die hierop volgden ontstonden vele van zijn werken, zowel instrumentale muziek, opera's als kerkmuziek. Hij leerde Joseph Haydn kennen en had veel respect voor hem en droeg zes strijkkwartetten aan hem op.

Op 28 mei 1787 stierf zijn vader Leopold Mozart. De dood van zijn vader - die Mozart van jongsaf aan begeleid had op ‘weg naar de top’-, kwam hard aan bij Wolfgang, ook al was de relatie al enige tijd bekoeld vanwege hun verschillen van mening. Zijn vader had Wolfgang altijd weer op zijn verantwoordelijkheden gewezen, hetgeen meestal niet het gewenste resultaat opleverde. Later dat jaar ging het gezin Mozart op reis naar Praag voor een uitvoering van de opera Don Giovanni, die maar matig ontvangen werd. Terug in Oostenrijk werd hij kamermusicus aan het hof van Joseph II. De riante levensstijl en de zwakke gezondheid van Constanze zorgden voor financiële problemen en de schulden stapelden zich op.
In 1788 stopte Mozart definitief met zijn publieke optredens en legde hij zich volledig toe op het componeren. Op 26 januari 1790 werd in Wenen de opera Cosi fan tutte enthousiast ontvangen.

Hoewel de gezondheid van Mozart achteruit holde, bleef hij productief. In 1791 boekte Wolfgang in Wenen een groot succes met zijn opera Die Zauberflöte Deze laatste opera, waarvan het succes eerst matig was, betekende voor Mozart een nieuwe doorbraak naar succes. In de zomer ontving hij via een 'anonieme besteller' -die later van graaf Walsegg zu Stuppach bleek te komen- opdracht om een Requiem te componeren. Mozart beschouwde het Requiem als een voorbode van zijn eigen dood. Op 5 december 1791 stierf Wolfgang Amadeus Mozart op 35-jarige leeftijd. Na Mozarts dood is het Requiem voltooid door zijn vriend en leerling Franz Süssmayr. Zijn lichaam verdween in een anoniem massagraf.