Igor Stravinsky (componist)

(17 juni 1882 - 06 april 1971)

“Too many pieces of music finish too long after the end.”
(Stravinsky)

Stravinsky is de een van de meeste invloedrijke componisten van de 20e eeuw geweest. Opvallend is zijn verscheidenheid, veelzijdigheid en continue metamormose in zijn werk. Wat dat betreft was hij een evenknie van Picasso. Voortdurend zocht Stravinsky in zijn werk het verleden op en gaf daar een eigen antwoord op.
De vuurvogel, Le sacre du printemps en Renard behoren tot zijn Russische periode waarin Stravinsky evengoed het oriëntalisme afwisselt met de middeleeuwen of zelfs de prehistorie. Pulcinella is een studie naar het werk van Pergolesi terwijl voor Oedipus Rex Bach en Händel zijn inspiratiebronnen waren. Ook de jazz, de opera buffa, het neoclassicisme en ook het serialisme komen voorbij in het werk van Stravinsky. Maar Stravinsky behield zich bij al deze studies naar het verleden de vrijheid deze invloeden geheel naar eigen hand te zetten.
Kortweg kan men drie perioden in het werk van Stravinsky onderkennen: zijn ritmische, zijn neoklassieke en zijn seriële periode.

Igor Stravinsky werd geboren in Oranienbaum bij Sint-Petersburg op 18 juni 1882. Zijn vader was zanger aan het keizerlijke Mariinskitheater in Sint-Petersburg. Al op negenjarige leeftijd speelde Stravinsky verbluffend goed piano. Ondanks zijn aanleg voor muziek begon hij aan een studie strafrecht en rechtsfilosofie. Tijdens deze studie leerde hij Rimski-Korsakov kennen, die in eerste instantie niet veel zag in het componeertalent van Stravinsky, maar hem toch compositieles gaf. Stravinsky's vroegere werken tonen duidelijk de invloed van deze leermeester. Uit deze periode stammen de werken Symfonie in Es, Faune et Bergère, de Pastorale, Scherzo fantastique en schetsen voor Le Rossignol. In 1905 voltooide Stravinsky zijn juristenstudies en in 1906 trouwde hij.

Na de dood van Rimski-Korsakov verschoof de stijl van Stravinsky in de richting van het werk van Franse impressionisten als Claude Debussy en Maurice Ravel, maar met behoud van diens Russische achtergrond. Doorslaggevend voor Stravinsky's leven was de ontmoeting met Diaghilev, die in Parijs aan het hoofd van het dansgezelschap Ballets Russes stond. Deze Russische impresario was de opdrachtgever van een aantal grote balletten waarmee Stravinsky naam maakte. Voor het seizoen van 1910 bestelde Diaghilev muziek voor een ballet gebaseerd op het Russische sprookje De Vuurvogel en in mei van dat jaar ging Stravinsky voor het eerst naar Parijs om de repetities van zijn L'oiseau de feu bij te wonen. Andere balletten die uit de samenwerking tusen Diaghilev en Stravinsky ontstonden, waren Petroesjka, Le sacre du printemps en Le rossignol. Omwille van de samenwerking met de Ballets Russes verbleef Stravinsky vaak en langdurig met zijn gezin in Parijs en Zwitserland.

De première van Le sacre du printemps in 1913 verliep tumultueus en het lawaai van het publiek schijnt de muziek te hebben overstemd, wat opmerkelijk is gezien het karakter van het werk. De kritiek sprak van "le massacre du tympan" (de slachting van het trommelvlies). Toch had de derde uitvoering van Le sacre du printemps al succes. Een jaar later werd de naam van de componist in Parijs na een uitvoering al vol bewondering gescandeerd. Le sacre du printemps is altijd een van de populairste werken gebleven in Stravinsky's oeuvre.

Na de Eerste Wereldoorlog en de revolutie van 1917 vestigde Stravinsky zich voorgoed in Parijs en liet hij zich tot Fransman naturaliseren. In 1940, bij het uitbreken van de volgende Wereldoorlog, week hij uit naar de Verenigde Staten en vijf jaar later verkreeg hij zijn derde staatsburgerschap. De componist overleed op 6 april 1971 in New York en werd volgens zijn eigen wens begraven op het Grieks-orthodoxe kerkhof te Venetië.

Igor Stravinsky