(07 juli 1860 - 18 mei 1911)
Gustav Mahler werd op 7 juli 1860 in Bohemen geboren. Zijn familie was van Joodse afkomst. Op zijn tiende gaf hij zijn eerste pianorecital. In 1875 ging hij naar Wenen om aan het conservatorium piano en compositie te studeren. Hij bleek zeer begaafd en al snel won hij prijzen voor zijn uitvoeringen en composities. Naast muziek studeerde hij ook filosofie, geschiedenis en muziekesthetiek, verdiepte zich in literatuur en bezocht colleges van Anton Bruckner over harmonieleer.
In 1897 kreeg hij, na enkele jaren reizen en diverse werkplekken in o.a. Ljubljana, Olomouc, Praag, Leipzig, Hamburg en Boedapest een aanstelling aan de prestigieuze opera van Wenen. Daar was hij in eerste instantie dirigent, maar werd hij later door keizer Franz Joseph tot directeur benoemd. Omdat zijn Joodse afkomst deze benoeming in de weg stond, bekeerde hij zich tot het katholicisme.
De benoeming van Mahler tot directeur van de opera betekende ook voor dit instituut het begin van een nieuw tijdperk. Men zag hem in zijn tijd in de eerste plaats als dirigent, niet als componist. Veel van zijn werken zijn in de vakantietijd, in de zomermaanden, gecomponeerd. Zijn composities waren in Wenen niet erg succesvol, maar in het buitenland werden zijn ze meer gewaardeerd.
In 1902 huwde Mahler met Alma Schindler, die twintig jaar jonger was dan hij. Ze kregen twee dochters, waarvan er één op vijfjarige leeftijd overleed. Na tien jaar kwam er in 1907 een eind aan zijn directeursfunctie bij de Weense opera. Hij bleek aan een hartkwaal te lijden en nam afscheid met de uitvoering van zijn tweede symfonie. In de jaren daarna reisde Mahler heen en weer tussen New York en Wenen. In de winter dirigeerde hij in New York en in de zomer ging hij op tournee door Europa. Ook besteedde hij in die jaren veel tijd een het componeren.
Op 18 mei 1911 stierf Mahler in Wenen.
Mahler is als componist een sleutelfiguur in de muziekgeschiedenis geweest. Het oeuvre van hem is niet zo groot: negen symfonieën, een cantate, enkele liederencycli en enkele kamermuziekwerken. Tot zijn grote bewonderaars hoorden onder andere, Arnold Schönberg, Alban Berg, Anton Webern, Gustav Klimt, Stefan Zweig, Adolf Loos en Thomas Mann.