Georg Friedrich Händel (componist)

(23 februari 1685 - 14 april 1759)

Georg Friedrich Händel werd op 23 februari 1685 in Halle (Noord-Duitsland) geboren. In tegenstelling tot Bach stamde Händel niet uit een muzikale familie. De Händels waren welgesteld, zijn vader was vorstelijk kamerdienaar en chirurg. Al op jonge leeftijd openbaarde zich bij Händel zijn talent en belangstelling voor muziek. Hij begon zijn muziekopleiding bij de organist Friedrich Zachow, maar studeerde daarnaast rechten. Al snel genoot hij grote faam als organist en werd hij aangesteld als organist in de gereformeerde domkerk van Halle. Na een jaar, in 1703, gaf hij deze baan en zijn rechtenstudie op en vertrok hij naar Hamburg. Daar werd hij violist in het Theater am Gänsemarkt en leerde hij grootheden als Reinhard Keiser, Johann Mattheson en Christoph Graupner kennen.

Händel vervolgde zijn muziekopleiding in de Italiaanse steden Firenze, Rome, Napels en Venetië waar hij Scarlatti, Marcello en Corelli ontmoette. In Venetië had hij succes als operacomponist. Na zijn terugkeer uit Italië, in 1710, werd Händel hofkapelmeester in Hannover. In datzelfde jaar maakte hij zijn eerste reis naar Londen. Twee jaar later ging hij opnieuw naar Londen en vanaf 1714 vestigde hij zich er definitief.

Händel richtte in Londen de Royal Academy of Music op, waar zijn Italiaanse opera's hoogtij vierden. De tientallen opera's die hij voor de Academy componeerde, worden de laatste jaren steeds vaker onder het stof vandaan gehaald. In 1727, het jaar waarin Händel Engels staatsburger werd, ging de Royal Academy of Music failliet; de Italiaanse opera verloor aan populariteit. Händel startte een nieuwe onderneming in Haymarket Theatre. Hij maakte een reis naar Italië en Duitsland, waar hij onder anderen Wilhelm Friedeman Bach ontmoette. Bij zijn terugkeer in Londen legde Händel zich vooral toe op het schrijven oratoria.

Zijn bekendste en meest succesvolle oratorium was Messiah, dat op 13 april 1742 voor het eerst in Dublin werd uitgevoerd in een theater. Het libretto, gebaseerd op delen uit het Oude en Nieuwe Testament, was van Charles Jennens, die meer uitstekende libretti leverde. Händel besloot zich uitsluitend op Engelstalige koormuziek te richten en nooit meer een opera te schrijven.

In 1751, tijdens het schrijven van zijn laatste oratorium Jephta kreeg Händel last van zijn ogen en werd hij geleidelijk aan blind. Desondanks bleef hij orgel spelen en dirigeren. Händel stierf op 14 april 1759 en werd in de Westminster Abbey begraven.